Aartselaar hunkert naar lokale schoenmaker

Geen opvolging

Dirk Anckaer, die in buurgemeente Kontich schoenmakerij Shoepoint uitbaat, vindt het Aartselaarse probleem niet zo erg. 'Ik stel inderdaad vast dat veel van onze klanten uit Aartselaar komen', lacht hij. Volgens Dirk is de stiel van schoenmaker overal wat in verval geraakt. 'In de meeste gemeenten in de zuidrand vind je er nog één of twee', zegt hij. 'Enkel Aartselaar is een uitzondering op die regel.'

Toen Dirk in 1985 als schoenmaker begon te werken, waren er in Aartselaar nog een drietal schoenmakers. 'Maar de tendens is overal hetzelfde', zegt hij. 'Eens een schoenmaker stopt, staat er geen opvolging klaar.'

Boost dankzij crisis

Samen met Dirk studeerden destijds nog vijf andere schoenmakers af. 'Sindsdien is de stiel er niet populairder op geworden', zegt hij. 'Veel jongeren zien het als een ouderwets beroep zonder veel toekomst.' Toch hoeft Dirk zeker niet te klagen over een gebrek aan klanten. 'De schoenmakers die er nu nog zijn, hebben zeker hun werk', zegt hij. En het is niet zo dat hij enkel oudere mensen over de vloer krijgt. 'Door de crisis heeft ons beroep opnieuw een boost gekregen. Steeds meer mensen willen hun goede schoenen laten herstellen in plaats van direct een nieuw paar te kopen.'

Een extra filiaaltje in Aartselaar is voor Dirk evenwel geen optie. 'Dan zou ik personeel moeten aanwerven, en dat is niet eenvoudig', lacht hij. 'Voorlopig kan ik het hier, met de hulp van mijn vrouw Katrien, nog juist bolwerken.'

Al zijn er soms enorm drukke periodes. 'Van oktober tot november heb ik bijvoorbeeld iedere dag gewerkt.'